Jan ter Heide, onze blogredacteur, ging in gesprek met Bette Westera over Astrid Lindgren en Annie M.G. Schmidt.
Het winternummer van DICHTER. gaat over vrouwen aan wie je gerust een voorbeeld kunt nemen. Dichters aan het woord over het leven en werk van Aletta Jacobs, Maria Montessori, Truus Wijsmuller, Amelia Earhart, Corry Tendeloo, Frida Kahlo, Astrid Lindgren, Annie M.G. Schmidt, Louise Bourgeois, Rosa Parks, Katherine Johnson, Oriana Fallaci, Wangari Maathai, Gloria Wekker, Angela Merkel, Kamala Harris, Rebecca Gomperts, Willemijn Verloop, Tarana Burke, Fadumo Dayib, Barbara Kathmann, Manal al-Sharif, Eva Meijer, Carola Rackete, Malala Yousafzai, Yusra Mardini en Greta Thurnberg.
Bette Westera schreef een gedicht bij de beroemde Zweedse schrijfster Astrid Lindgren. Waarom de keuze voor Astrid Lindgren, vroeg Jan ter Heide zich af. Om op die vraag een antwoord te krijgen en om nog meer vragen te stellen, had hij op een zonnige woensdagmorgen een Zoom met Bette. ‘Ik houd heel erg van het werk van Astrid Lindgren’, was haar duidelijke antwoord. Zij stelt in haar werk, net als Annie M.G. Schmidt, het kind centraal. Mijn gedicht over Astrid in DICHTER. gaat trouwens ook over Annie. Daarom heb ik het de titel ‘De gezusters Leeuwenhart’ gegeven.’
Annie en Astrid, allebei vertegenwoordigd in het heldinnennummer, hebben beiden een grote invloed gehad op het eigen werk van Bette. Ronja de roversdochter maakte in mijn jeugd diepe indruk. Met dat roversmeisje kon ik me identificeren. Het verhaal gaat niet zozeer over goed of slecht, maar meer over vriendschap tussen twee kinderen uit verschillende stammen die elkaar niet mochten. Later las ik De gebroeders Leeuwenhart, waarin op een prachtige en niet angstige manier het onderwerp dood aan de orde komt.’
‘En Annie?’ vroeg ik, ‘je wordt wel eens de nieuwe Annie M.G. Schmidt genoemd. Wat vind je van die vergelijking?’ ‘Dat is in eerste instantie natuurlijk leuk om te horen, maar ik krijg het er wel warm van. Nog leuker vond ik de opmerking van een recensent dat ik de onnadrukkelijke echo van Annie ben. Daar kan ik heel goed mee leven.’
Het werk van Annie M. G. Schmidt heeft Bette van huis uit meegekregen. De versjes van Annie werden vaak voorgelezen en kwamen zo terecht in de hoofden van de ouders en kinderen Westera. ‘Van Annie leerde ik wat ritme en metrum is, naast de goede strakke rijmschema’s die ik ook in mijn eigen poëzie toepas. En net als zij schuw ik pittige onderwerpen niet. Of het nu over echtscheiding of seksualiteit gaat, als ik het belangrijk vind, schrijf ik erover.’
Astrid en Annie ontmoetten elkaar in 1988 bij de uitreiking van de Hans Christian Andersenprijs in Oslo. Annie had de prijs gewonnen en Astrid deed de prijstuitreiking. De dames aten toen samen een taartje. Bette was daar, zoals de foto laat zien, graag bij geweest.
Bette was een leeskind dat boeken verslond. ‘Vooral de zielige dierenboeken van de Engelse schrijfster Helen Griffiths met prachtige titels als Vlek, de zwerfhond en Aurelio en de wilde hengst. Ik vond het heerlijk om erbij te huilen, vooral ’s avonds als ik in bed nog wat las. Het hielp me om mijn eigen emoties te uiten.’
Aan het einde van het gesprek kwam natuurlijk ook nog de vraag of zij een vrouw heeft die ze bewondert. ‘Rosa Parks!'. Ze bleef zitten op een plaats in de bus die alleen voor ‘witten’ bestemd was. Over haar staan in DICHTER. ook twee prachtige gedichten, geschreven door Linda Vogelenzang en Herman Coenen. Meer weten over DICHTER.? Kijk hier.